Vakantie Hongarije 2008
Naar Hongarije
Na nog een bezoek aan de supermarkt zijn we na het ontbijt vertrokken om naar de eigenlijke bestemming van deze vakantie, Hongarije, te gaan.
Via de Oostenrijkse A1, A21 en A4 zijn we naar de Oostenrijks/Hongaarse grens gereden waar we rond half één aankwamen. Als eerste hebben
we voor 20 euro een 31 dagen snelweg vignet gekocht. Bij een restaurantje hebben we wat gegeten voor we verder gingen, je kan merken dat we weer in
een voormalig Oostblokland zijn, alles is ineens een stuk goedkoper. Via de Hongaarse M1 zijn we richting Boedapest gereden. De weg was praktisch leeg
op wat vrachtwagens na, dus met de cruise control op 130 zoefden we snel op de Hongaarse hoofdstad af. De temperatuur nam gestaag toe en lag de hele
rit rond de 30 graden. Onze eerste Hongaarse bestemming, Szentendre, ligt ten noorden van Boedapest. Helaas was de rondweg ronde Boedapest nog niet af,
dus om in Szentendre te komen moesten we dwars door Boedapest heen. Dat kostte wel weer erg veel tijd. Toen we eenmaal door de stad heen waren was het
nog een 20 km naar camping Pap-Sziget waar we tegen 4 uur aankwamen. We hadden een klein hutje, wel met een aparte slaapkamer voor Ciska, met een klein
keukentje en een douche/toilet ruimte. In het huisje was het erg warm, maar gelukkig had het een terrasje in de schaduw waar een tafel met stoelen en
een bankje stonden. Ook is er een groot zwembad, een restaurant en een speeltuintje. Er blijken erg veel Nederlanders op de camping te staan. Omdat we
nog geen Hongaars geld hadden zijn we naar Szentendre gereden om op zoek te gaan naar een geldautomaat en een supermarkt. Szentendre is een bekend
kunstenaarsdorp en er liepen dan ook veel toeristen rond. Uiteindelijk hebben we ergens een bank gevonden en konden we onze eerste 20.000 Forinten (HUF)
trekken, dat is +/- € 80,-. Weer terug op de camping hebben we gegeten en de rest van de avond op het terras gezeten.



Szentendre en Esztergom
De volgende dag zijn we begonnen met een bezoek aan Szentendre zelf. Deze kunstenaarsplaats is geheel op de toerist gericht, vol met souvenier stalletjes
en galerieën. Szentendre is de grootste Servische stad van Hongarije, de Serviërs vluchtten hierheen voor de Turken na de Slag bij Kosovo Polje
in 1389 en de slag bij Belgrado in 1690. Rond 1920 trokken veel Serviërs weer weg en maakten plaats voor kunstenaars. Terwijl we zo door het stadje
liepen zagen we een marsepein museum. Daar zijn we naar binnen gegaan. Er staan veel bijzondere dingen die allemaal van marsepein zijn gemaakt, zoals
bijvoorbeeld de uitbeelding van diverse sprookjes en 'schilderijen' van bekende (Hongaarse) personen. Ook dingen uit het dagelijks leven zijn in
marsepein nagemaakt zoals een koets, een lokomotief en manden met fruit en vis. Er was uiteraard ook een winkeltje bij waar marsepein in allerlei
uitvoeringen kon worden gekocht. Na nog een kort bezoek te hebben gebracht aan de Belgradokerk zijn we naar Esztergom aan de grens met Slowakije gereden.
Esztergom is bekend door zijn enorme basiliek. Deze grootste kathedraal van Hongarije is gebouwd tussen 1822 en 1869. Achter het altaar in de kerk hangt
een kopie van het schilderij 'Maria Hemelvaart' van Titiaan, het grootste schilderij ter wereld. Na het bezoek aan de basiliek hebben we wat gegeten
akvorens we weer terug zijn gereden naar de camping terug te gaan zodat Ciska nog naar het zwembad bij de camping kon. Daar is ze samen met Arjan nog
een paar uur heen geweest. Tijdens het avondeten zagen we dat een auto met 4 jongeren erin over het pad tussen de camping en de rivier reed en daar
parkeerde. Wat ze daar gedaan hebben werd niet duidelijk, maar toen ze een paar uur later weer vertrokken bleek dat ze de auto te ver van de helling
af hadden gereden en niet meer op eigen kracht op het pad konden komen en ook langzaam richting rivier (Donau) gleden. Uiteindelijk riepen ze de hulp in
van iemand anders om ze uit de modder te trekken.














Boedapest
Voor donderdag stond een bezoek aan de hoofdstad van Hongarije, Boedapest, op het programma. Met de auto zijn we naar het station van Szentendre
gereden om daar de sneltram te nemen naar het centrum van Boedapest, een ritje van zo'n 40 minuten. Eénmaal aangekomen in Boedapest zijn we
naar de funiculaire gelopen die ons naar de top van de burchtheuvel in de wijk Boeda bracht. Boedapest bestaat uit 2 delen, Boeda aan de ene kant van de
Donau is heuvelachtig en aan de andere kant van de rivier ligt het vlakke Pest. Eenmaal op de burchtheuvel aangekomen hebben we daar rondgelopen en
de diverse gebouwen bewonderd alsmede van het uitzicht over de stad genoten. Nadat we gelunched hadden zijn we bij de Tourist Info binnengelopen om
navraag te doen naar een rondrit met een hop-on hop-off bus. We hebben er een ruim 2 uur durende busrit geboekt waar ook nog een 1 uur durende boottocht
over de Donau bijzit. De bus voerde ons langs de belangrijkste bezienswaardigheden in zowel Boeda als Pest. Na afloop van de rondrit hebben we nog de
St. Stefans basiliek bekeken (alleen van buiten) en door een paar winkelstraten gelopen waarna we zijn gaan eten. We zaten nog maar net op het terras
of het begon zachtjes te regenen en we hoorden het ook onweren. Toen het wat harder begon te regenen zijn we toch maar naar binnen gegaan. Na het eten
zijn we naar de kade gelopen vanwaar de boottocht zou beginnen. Om 19:45 vertrokken we voor de 1 uur durende rondvaart. Tijdens een groot deel van
de tocht regende het zachtjes en bleef het ook onweren. Tegen het einde begon het al donker te worden en zagen we hoe de belangrijkste gebouwen langs
de Donau verlicht zijn. Het was inmiddels ook gestopt met regenen en we zijn over de beroemde Kettingbrug terug gewandeld naar Boeda. Daar hebben we
voor het laatste stuk naar het station de tram genomen vanwaar we de trein terug hebben genomen naar Szentendre.









